Interview

Passend voor leerling én school

Tekst Bea Ros
Gepubliceerd op 04-09-2018 Gewijzigd op 28-01-2019
Zijn kinderen met gedragsproblemen beter af in het regulier of speciaal onderwijs? Inge Zweers zocht het uit bij zestig leerlingen.


Je schrijft in je proefschrift dat de visies op wat beter is, regulier of speciaal onderwijs, vooral zijn gebaseerd op ideologie. We weten dus niet wat beter is?

‘Klopt. De ene visie stelt dat kinderen met gedragsproblemen vaak beter af zijn in het speciaal onderwijs, omdat daar de juiste kennis en expertise is. De andere visie stelt juist dat kinderen meer leren in het regulier onderwijs en door de omgang met “gewone” leerlingen ook in hun gedrag vooruitgaan. Maar wat het beste is, weten we niet. Daarom heb ik ruim zestig kinderen met gedragsproblemen, door bijvoorbeeld autisme, ADHD of angststoornissen, gevolgd. In het begin zaten ze allemaal op een reguliere basisschool en moesten ouders en school samen een beslissing nemen over de beste zorg. Twee derde bleef in het regulier onderwijs, een derde ging naar het speciaal onderwijs.’

Welke afwegingen spelen een rol bij die keuze?
‘Opvallend genoeg zijn dat niet de leerlingkenmerken – de kinderen die ik heb gevolgd, hadden allemaal dezelfde kenmerken – maar juist de leerkrachtkenmerken: die voorspellen of een kind in het regulier onderwijs blijft of naar het speciaal onderwijs gaat.’

Waarin verschillen leerkrachten dan onderling?
‘Twee factoren spelen een rol. Hoe positiever een leerkracht denkt over passend onderwijs, hoe vaker een kind in het regulier onderwijs blijft. Dat verbaast natuurlijk niet. Maar opmerkelijk was dat hoe meer vertrouwen leerkrachten hebben in hun eigen kennen en kunnen om gedrag en schoolprestaties van de leerlingen in hun klas te beïnvloeden, hoe vaker een kind terechtkomt in het speciaal onderwijs. Ik kan me voorstellen dat leraren met meer zelfvertrouwen wellicht beter hun eigen grenzen kennen en goed kunnen afwegen wat haalbaar is.’

Je hebt de kinderen anderhalf jaar gevolgd. Waar zijn ze beter af?
‘Bij de start kwamen beide groepen leerlingen overeen. Maar na anderhalf jaar deden de leerlingen in het speciaal onderwijs het beter: zij hadden betere relaties met klasgenoten en met de leerkracht en waren meer vooruitgegaan in rekenen, spelling en technisch lezen. Ook worden ze meer geaccepteerd door klasgenoten. Waar ze op een reguliere school opvallen door hun afwijkende gedrag, zitten ze in het speciaal onderwijs tussen kinderen die ook gedragsproblemen hebben.’

Dus we kunnen passend onderwijs maar beter afschaffen?
‘Nee hoor, zeker niet. Voor mij is passend onderwijs een passende plek voor elk kind. Als je passend onderwijs definieert als alle leerlingen in het regulier onderwijs, dan kun je daar op basis van mijn onderzoek wel vraagtekens bij zetten. Met ondersteuning kunnen sommige leerlingen met gedragsproblemen op een reguliere school blijven, maar voor andere is speciaal onderwijs echt beter, dus die voorziening moet zeker blijven. Leerkrachten ervaren juist leerlingen met gedragsproblemen als het meest moeilijk. De onrust in de klas door deze leerlingen is heel lastig te managen en als leerkracht word je voortdurend heen en weer geslingerd tussen het belang van die ene leerling en van de groep.’

Welke aanbevelingen heb je?
‘Bij een passende plek voor elk kind draait het niet alleen om de vraag wat een kind nodig heeft, maar ook om de vraag wat een leerkracht of school nodig heeft. Je kunt daarbij meer out of the box denken en op zoek gaan naar tussenoplossingen. Er is meer mogelijk dan alleen die twee uitersten regulier of speciaal: bijvoorbeeld co-teaching met leerkrachten uit het speciaal onderwijs. In het buitenland gebeurt dat al. Je kunt ook denken aan een speciale klas binnen een reguliere school. Dat kost natuurlijk geld, veel reguliere scholen hebben bijvoorbeeld geen time-outruimte. Maar als je wilt dat elk kind inderdaad een passende plek heeft, moet je daarin ook willen investeren.’

Inge Zweers, ‘Shape Sorting’ Students for Special Education Services? A Study On Placement Choices and Social-Emotional and Academic Functioning of Students with SEBD in Inclusive and Exclusive Settings. Proefschrift Universiteit Utrecht, 2018.

Dit artikel verscheen in de rubriek onderzoek kort in Didactief, september 2018.

Verder lezen

1 Passend onderwijs

Click here to revoke the Cookie consent