Nieuws

Ouderwetsche strafregels

Tekst Astrid Boon
Gepubliceerd op 19-09-2013 Gewijzigd op 17-03-2017
Ik mag niet met propjes schieten naar de meester. Ik mag niet met propjes schieten naar de meester. De schrijfstraf is terug. Een remedie tegen ordeverstoringen in de les?  

Vijfduizend keer is vorig schooljaar een leerling geschorst. Leerlingen luisteren niet, gaan over alles in discussie of voeren opdrachten niet uit. Veelgebruikte lichte sancties, zoals waarschuwen, even afkoelen op de gang en gesprekjes blijken vaak ineffectief: leerlingen raken als het ware immuun voor dit ‘lichte geschut’. Het ongewenste gedrag neemt niet af maar toe, met steeds meer respectloos, brutaal, of intimiderend gedrag tot gevolg. Als verschillende correctiepogingen van de docent de leerlingen niets doet, leidt het tot escalatie, lees: verwijdering uit de les of schorsing. Maar ook dit ‘zwaardere geschut’ maakt regelmatig onvoldoende indruk op de gestrafte leerling. Zo ook op het vmbo Sweelink College in Amsterdam. In 2008-2009 koos de school ervoor om het aantal schorsingen en verwijderingen uit de les te verminderen door met een andere straf te komen, die wél werkt en geen negatieve bijwerkingen kent: de schrijfstraf. Een nieuwe vorm van de schrijfstraf moest het gat tussen ‘lichte’ en ‘zware’ sancties gaan opvullen en voorkomen dat regelovertreders voortijdig uit de les werden verwijderd.

Schrijfregels schrijven

De school introduceerde het schrijven van ‘pedagogische schrijfregels’ (zie kader) over het eigen gedrag. Leerlingen moeten diezelfde dag nog na schooltijd op school gaan schrijven en de regels moeten worden ondertekend door de ouders. Ook voor ongewenst gedrag als ‘mobieltjes aan’ en het ‘in discussie gaan met een docent over een (maat)regel’ hadden docenten invulformulieren met kant en klare schrijfregels. Daaraan voorafgaand vond een training voor docenten in de nieuwe ‘schrijfregelaanpak’ plaats over de nieuwe procedure bij ongewenst gedrag (zie kader).
Het Sweelink College houdt het aantal schorsingen en verwijderingen uit de les dagelijks secuur bij aan de hand van gegevens in het leerlingvolgsysteem ‘Magister’. In het experimentele jaar 2008-2009 gingen alle docenten volgens de pedagogische schrijfregel procedure werken. Dat jaar bleek een groot verschil tussen de periode voor en na invoering van de nieuwe aanpak in januari. Het gemiddeld aantal schorsingsuren per leerling daalde fors, van 1,9 naar 0,6 uur, een afname met tweederde. Dit resultaat valt temeer op omdat in controlejaar 2007-2008 in dezelfde periode na Kerst sprake was van een toename van 1,6 naar 2,9. Ook het percentage verwijderde leerlingen nam af. Steeg dat percentage in het controlejaar nog met 9 procent (van 52 naar 61 procent), in 2008-2009 daalde dat met 29 procent (van 60 naar 31 procent).

 

Aanpak ongewenst gedag in de klas
>Geef eerst een waarschuwing (Mario, recht voor je tafel zitten en stil voor jezelf werken).
>Geef daarna een waarschuwing voor de consequenties (Tweede keer, Mario: ga recht zitten en werk voor jezelf. Het zou jammer zijn als ik het nog eens moet zeggen, want je weet: dan ga je na schooltijd erover schrijven).
>Leg wanneer de leerling de waarschuwing niet opvolgt, het schrijfwerk alvast neer bij Mario, voor na schooltijd.
>Zit Mario weer omgedraaid te kletsen? Zet hem meteen in de les aan het schrijven, nu met de dubbele hoeveelheid schrijfwerk.
Daarna zal een kind zelden meer kletsen, maar indien wel:
>Verwijder de leerling uit de les met het schrijfwerk. Laat de afdelingsleider de hoeveelheid schrijfwerk vermeerderen.

Veelbelovend

Schrijvende leerlingAndere scholen volgden het voorbeeld van het Sweelink College en zijn de effecten van de schrijfstraf gaan meten op andere terreinen: massaal te laat komen, het vergeten van boeken en het niet maken van huiswerk. Al deze gewoonten werden effectief teruggedrongen. Op één school is het ongeoorloofde verzuim in de bovenbouw tot vrijwel nul teruggebracht. Hoewel nader onderzoek nodig is, zijn deze eerste resultaten veelbelovend. Onderwijsinspecteurs en leerplichtambtenaren kunnen hier hun voordeel mee doen.  Zij zouden scholen kunnen vragen om voortaan eerst andere, effectievere en minder schadelijke straffen op te leggen, alvorens leerlingen het recht op onderwijs te ontzeggen. Dat kan gunstig uitpakken voor de leerlingen, hun ouders, de scholen en de samenleving.
 

Straf als beloning

In 2002 constateren onderzoekers dat op scholen - naarmate het schooljaar vordert - het aantal lesverwijderingen en schorsingen stijgt. Hun verklaring? Leerlingen zien deze straffen mogelijk als ‘beloning’. Als ze de klas worden uitgestuurd en/of geschorst, ontlopen ze niet alleen schoolwerk, ze krijgen ook aandacht van volwassenen. Als zelfs ‘het zwaarste geschut’ (schorsen) onvoldoende indruk maakt, is het niet verbazingwekkend dat de afgelopen negen jaar het aantal schorsingen landelijk met meer dan de helft is toegenomen. Dat blijkt uit cijfers van de Inspectie van Onderwijs. Zorgelijk? Ja, de schadelijke bijwerkingen van een schorsing zijn namelijk groot. Aan leerplichtige leerlingen van 13 en 14 jaar wordt gemiddeld drie dagen recht op onderwijs ontzegd. Als het tegenzit, missen zij daardoor zoveel lesstof, dat resultaten en motivatie kelderen. Leerachterstanden kunnen ontstaan, zittenblijven en schoolverlaten zonder diploma dreigen. Omdat schorsen een risico oplevert voor de schoolloopbaan van het kind, zijn ouders vaak wél erg onder de indruk. Zij proberen hun kind wanhopig te doordringen van de noodzaak zich anders te gedragen. Vaak tevergeefs. Menige puber (m/v) heeft weinig oog voor de risico’s op lange termijn: zodra hij in de groep functioneert, laat hij zich leiden door korte termijn winst: acceptatie van groepsgenoten, die hij kan bereiken via stoer of brutaal gedrag.  

 

Pedagogische schrijfregel:
Het is niet de bedoeling dat ik...
Zeker niet als de docent de klas heeft opgedragen om...
Want die instructie geldt dan natuurlijk ook voor mij.                                                           
Ik besef dat de docent dit tegen ons zegt om ervoor te zorgen dat de klas goed en geconcentreerd kan werken. Door mijn gedrag verstoor ik de concentratie van mijzelf en mijn klasgenoten.  
Daarom ga ik voortaan pas ... als de docent zegt dat de les is afgelopen. Dat is op het moment dat we onze tas mogen inpakken.
Door dat voortaan zo te doen, kan ik geconcentreerd werken en dat is goed voor mijn resultaten.
Ik schrijf dit tien keer netjes over, laat het voorblad tekenen door mijn ouders en lever het de eerstkomende les in bij …

 

Astrid Boon is orthopedagoog op vier scholen voor voortgezet onderwijs en auteur van het boek Straf/Regels.

 

 

Click here to revoke the Cookie consent