Onderzoek

Nieuwe structuur mbo

Tekst Maarten Wolbers, Paul den Boer, ake Eimers e.a.
Gepubliceerd op 31-10-2017 Gewijzigd op 22-02-2018
Beeld Shutterstock
De wildgroei aan mbo-opleidingen wordt aangepakt voor een betere aansluiting op arbeidsmarkt en hbo. Maar docenten en studenten zijn minder enthousiast.

De kwalificatiestructuur in het mbo is in schooljaar 2016-2017 herzien: onder andere het aantal opleidingen en kwalificatiedossiers is verminderd. Daarnaast zijn de opleidingen anders ingedeeld, vergelijkbaar met het voortgezet onderwijs. Er is nu een algemeen geldend basisdeel, met daarboven een profieldeel voor de beroepsgerichte taken en daar weer boven een keuzedeel, waarin jongeren zich kunnen specialiseren.

In een groot, meerjarig onderzoek hebben we in schooljaar 2015-2016 gekeken hoe de instellingen zich hebben voorbereid op deze herziening. We hebben vragenlijsten in mbo-instellingen afgenomen (bestuur en opleidingen), casestudies gehouden en administratieve data onderzocht. Twee conclusies vallen op.

Onderwijsvernieuwing

De impact van de herziening blijkt ten eerste het grootst wanneer mbo-instellingen deze aangrijpen om het onderwijs te vernieuwen. Ter nuancering: de vraag is wel in hoeverre de herziening de exclusieve aanleiding was voor deze vernieuwingen. Andere maatregelen die mogelijk meespeelden, zijn bijvoorbeeld het intensiveren van opleidingen en de nieuwe Wet doelmatige leerwegen.
Bovendien lijken veel mbo-instellingen al langer bezig met onderwijsvernieuwing, en dan met name met het onderwijsconcept en de inhoudelijke en organisatorische inrichting van de opleiding. Instellingen geven aan dat ze het professionaliseringsbeleid van docenten en het kwaliteitsmanagement tegelijk aanpakken.

Keuzedelen

De tweede opvallende conclusie is dat de invoering van het keuzedeel veruit de grootste impact heeft. De invoering is complex en zorgt voor veel hoofdbrekens op het gebied van organisatie en logistiek. Vooral in de bbl is de invoering een probleem door tijdgebrek.
Mbo-instellingen zijn voorzichtig begonnen met het aanbieden van keuzedelen, voor zover ze dit kunnen organiseren en betalen. De komende jaren willen de instellingen dit aanbod langzaam uitbreiden en flexibeler maken, en studenten meer keuzevrijheid bieden.
Wat verder opvalt, is dat het draagvlak het grootst is onder bestuur en management, terwijl dat onder docenten en studenten vaak kleiner is. Blijkbaar worden de instellingen enthousiaster van het bedenken en aansturen van de veranderingen dan van het daadwerkelijk uitvoeren op de werkvloer.
In alle lagen van de instellingen zien we een zekere mate van ‘verandermoeheid’. Maar veranderingen na elkaar (en dus langzamer) invoeren lijkt geen goed alternatief: als het intensiveren en het verkorten van opleidingen en de herziening van de kwalificatiestructuur (die beide ingrijpen op de organisatie van het onderwijs) niet tegelijkertijd worden ingevoerd, ervaren instellingen een lang en inefficiënt verandertraject.

Maarten Wolbers, Paul den Boer, Ake Eimers e.a., Evaluatie herziening kwalificatiestructuur mbo, meting 2017. Consortium 2B MBO, KBA Nijmegen/ResearchNed. Download het rapport op kbanijmegen.nl. Volg het onderzoek op 2b-mbo.nl.

Onderdeel van NRO-onderzoeksprogramma Evaluatie van twee beleidsinterventies in het mbo (2015-2022, NWO-projectnummer: 405-15-425).
 

Bronvermelding

1 Projectpagina NRO

Click here to revoke the Cookie consent