In het schooljaar 2012-2013 stopten 27.950 jongeren met hun opleiding voordat ze een diploma hadden behaald. Dat waren er 8.300 minder dan het jaar daarvoor. Ongeveer de helft van deze daling is toe te schrijven aan de inspanningen van scholen en gemeenten, die zijn gaan werken met een actiever verzuimbeleid en prestatieafspraken.
De andere helft van de daling heeft te maken met een aanscherping van de meetmethode die het ministerie gebruikt. Daardoor worden sommige jongeren niet langer meegeteld als voortijdig schoolverlater, bijvoorbeeld jongeren die zijn overgestapt naar particulier onderwijs of die zijn vrijgesteld van de leerplicht.
Het aantal voortijdig schoolverlaters is al jaren aan het dalen. In 2006 verlieten nog 52.700 jongeren hun opleiding zonder diploma. Het kabinet wil het aantal nog verder terugbrengen, tot maximaal 25.000 in 2016.
De schooluitval blijft een punt van aandacht. Landelijk verlaat 5,6% van de groep 18- en 19-jarigen het onderwijs zonder een diploma, in de G4 regio's (Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht) is dit 6,3 tot 6,9%. Minister Bussemaker stelt 2 miljoen beschikbaar voor de G4-regio's zodat zij zich de komende meer kunnen gaan richten op de begeleiding van de groep 18- en 19-jarigen. 'We moeten alles op alles zetten om ook deze groep jongeren met een diploma op zak een goede start te kunnen laten maken op de arbeidsmarkt.'
17 januari 2014
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven