Onderzoek

Leren differentiëren

Tekst Saskia Stollman
Gepubliceerd op 30-05-2016 Gewijzigd op 19-04-2017
Differentiatie: wanneer doe je het en hoe doe je het? Tijdens twee ORD-symposia presenteren onderzoekers de nieuwste inzichten daarover.

Van differentiatie verwacht men positieve effecten op leeruitkomsten. Alleen verloopt effectieve implementatie ervan vaak moeizaam. Het eerste ORD-symposium gaat over differentiatie in het rekenonderwijs op de basisschool. Experts adviseren leraren om niet alleen tijdens de les, maar ook tijdens het plannen daarvan rekening te houden met verschillen tussen leerlingen. Veel leraren vinden die voortdurende aanpassing aan leerlingen lastig. Binnen het onderzoeksproject Gedifferentieerd Rekenonderwijs (GROW) kregen leraren hiervoor een nascholing: Lesson Study. Uit het onderzoek kwamen het creëren van stimulerende voorwaarden, zorgvuldige communicatie en een open schoolcultuur naar voren als belangrijke bevorderende factoren voor leraren om goed gedifferentieerd rekenonderwijs te kunnen implementeren. Dit bleek vervolgens een positieve invloed te hebben op leeruitkomsten: juist rekenprestaties van rekenzwakke leerlingen gingen vooruit.

Ook tijdens het tweede ORD-symposium, over implementatie van differentiatie in het primair en voortgezet onderwijs, komen bevorderende en belemmerende factoren aan bod. Uit internationaal onderzoek komen bijvoorbeeld steun vanuit schoolleider en het eigen team naar voren als belangrijke bevorderende factoren. Het ontbreken van open communicatie over ‘best practices’ van differentiatie en een goede training staan daarentegen de implementatie van differentiatie in de weg. In twee onderzoeken zijn specifieke implementatieaanpakken in de klas onderzocht, zoals de STIP-aanpak (Samenwerken tijdens Taak, Inhoud en Procesdifferentiatie, lees ook Didactief, november 2015). Hierbij werken leerlingen van verschillende competentieniveaus samen aan een opdracht; de aanpak is gestoeld op wederzijdse afhankelijkheid en individuele verantwoordelijkheid. Leraren blijken hiermee, zelfs zonder training, differentiatie in de klas te kunnen organiseren. De tweede aanpak behelste de implementatie van opdrachtgestuurd leren. Zowel zwakkere als sterkere leerlingen bleken hierdoor cognitief te worden uitgedaagd.

Deze onderzoeken laten zien, dat hoewel implementatie vaak nog moeizaam verloopt, er wel aanpakken en kennis zijn die docenten hierbij helpen. Tevens wordt de relevantie van effectieve implementatie van differentiatie aangetoond door de positieve effecten die het op leerlingen heeft.

Dit artikel verscheen in de rubriek Onderzoek Kort in Didactief, mei 2016.

Verder lezen

1 Met STIP op één

Click here to revoke the Cookie consent