Recensies

Leestips Willemijn Krebbekx

Anja Meulenbelt, De schaamte voorbij. Een persoonlijke geschiedenis. Uitgeverij Van Gennep (1976). Alleen antiquarisch verkrijgbaar.

‘Ik geef les aan Amerikaanse studenten die een semester in Nederland doorbrengen. Deze klassieker raad ik ze altijd aan. Schrijfster en politica Meulenbelt beschrijft in dit boek hoe ze door haar persoonlijke geschiedenis tot het feminisme komt. Ze schetst de veranderingen in seksuele normen tijdens de seksuele revolutie in Nederland, evenals de fricties tussen de verschillende maatschappelijke stromingen waartoe ze zich verhoudt in haar politieke zoektocht. Het boek is ook na veertig jaar nog altijd zeer relevant, ook volgens mijn studenten.’

Rineke van Daalen, Het vmbo als stigma. Uitgeverij Augustus (2010), € 21,99.

‘Socioloog Rineke van Daalen beschrijft in dit boek haar kennismaking met het vmbo: de onderwijsstroming die ze bijna alleen kent door negatieve media-aandacht. Ze brengt langere tijd op een vmbo-school door en ontwikkelt een goede band met leerlingen. Ze laat zien wat het betekent voor leerlingen om zich op het zogeheten “laagste niveau” te bevinden. Ze leert hun zorgen en dromen kennen en laat zien hoe deze zich verhouden tot de harde scheiding in het onderwijs in Nederland: het vmbo als de stroming voor leerlingen die later met hun handen willen werken, vwo voor de “hoofdwerkers”. Ook in mijn onderzoek komt deze scheiding op verschillende manieren naar voren.’

Thomas Macho, Het leven is onrechtvaardig. Uitgeverij Klement (2017), € 21,99.

‘De verdeling van pech, geluk en gezondheid over mensen houdt me bezig als sociaal wetenschapper. De Oostenrijkse cultuurwetenschapper Thomas Macho laat in dit interessante boek zien hoe er in de loop der eeuwen is nagedacht over onrechtvaardigheid: hoe hebben filosofen dit vraagstuk proberen te duiden? Hij stelt ook aan de orde welke invloed technologie heeft op onze perceptie van ongelijkheid, het maakt ons steeds bewust van wat er op andere plekken in de wereld gebeurt. Het zet je aan het denken: welk onrecht kunnen we bestrijden?’