Onderzoek

In-, door- en uitstroom van schoolleiders

Tekst José Boon
Gepubliceerd op 09-12-2020 Gewijzigd op 09-12-2020
Beeld Shutterstock
Er is een groot tekort aan leidinggevenden in het primair onderwijs en de functie is niet populair. Oorzaken zijn onder andere het salaris en de bijbehorende ‘corveetaken’. OCW liet onderzoek doen naar de succesfactoren voor het behoud van schoolleiders.

Het aantal vacatures voor leidinggevenden in het primair onderwijs verdrievoudigde tussen 2014 en 2018. Gezien de grote groep schoolleiders die aan de vooravond staat van haar pensioen, neemt dit tekort alleen maar toe. Redenen voor het ministerie van OCW om onderzoek te doen naar de matige aantrekkingskracht van het beroep en de motieven om te stoppen met dit werk.

Ecorys, die het onderzoek uitvoerde, praatte met belangenorganisaties en uittreders, en hield een enquête onder 755 leidinggevenden in het (speciaal) primair onderwijs. Van die laatste groep vinden de meesten (96%) hun werk weliswaar zinvol, maar een op de vijf is toch op zoek naar ander werk. Het salaris, de werkdruk en de administratieve rompslomp spelen de schoolleiders parten.
 

Motivatie

De resultaten uit de enquête van Ecorys laten verschillen zien tussen zij-instromers en doorstromers in het onderwijs. Zo is de belangrijkste aantrekkingskracht voor zij-instromers dat het werk van een schoolleider een maatschappelijk belang dient. Doorstromers zijn veelal leraren die meer uitdaging zoeken of de kwaliteit van het onderwijs willen verbeteren.

Een factor die de motivatie om door te groeien als schoolleider in de weg zit is dat leraren weinig idee hebben van wat een schoolleider doet. Dit blijkt uit de verkennende interviews die Ecorys hield met sociale partners en koepelorganisaties. Zij-instromers geven aan dat er een kloof zit tussen het bedrijfsleven en het onderwijs. Aanbevelingen van de respondenten zijn dan ook om kweekvijvers en een post-hbo-module management op te zetten.

Stel dat die ideeën een succes worden? Dan is vervolgens de vraag hoe schoolleiders gemotiveerd blijven. De administratieve taken (61% van de respondenten is hier (zeer) ontevreden over), het salaris (60% is (zeer) ontevreden) en de werkdruk (48% is (zeer) ontevreden) helpen niet bepaald mee. Het lerarentekort is één van de stressfactoren die op zondag al onrust en formatiewerk oplevert. 73% zegt meer tijd kwijt te zijn aan allerhande regelwerk dan aan het verbeteren van het onderwijs.

Onder de schoolleiders die op zoek zijn naar ander werk (een vijfde, van wie 10% daadwerkelijk solliciteert) wil slechts 17% zonder meer in het primair onderwijs blijven. 62% zegt alleen onder bepaalde voorwaarden te blijven, waarbij een hoger salaris de belangrijkste is, 4% wil onder geen beding blijven.
 

Nieuwe cao

Eind 2019 sloot de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS) samen met de PO-Raad en andere bonden het cao-akkoord 2019-2020. Vorige maand ging het nieuwe functiegebouw in, dat direct verontwaardigde reacties opriep van schoolleiders. Door de nieuwe inschaling is de helft van de DC(+)-directeuren gedevalueerd naar salarisschaal D12. Hoewel dit geen gevolgen heeft voor hun huidige salaris – zij hebben immers een salarisgarantie – gaan hun opvolgers er wel op achteruit. Het beroep wordt daarmee onaantrekkelijker.

Op 15 november werd de actiegroep ‘Schoolleiders in Actie’ in het leven geroepen en op 20 november zat medeoprichter Eva Naaijkens met Rinda den Besten, voorzitter van de PO-Raad, om de tafel. In januari volgen nieuwe cao-onderhandelingen, waarbij de actiegroep hoopt op meer inspraak voor de schoolleiders.

 

Hoe kan het beter?

De bevraagden adviseren om de taken van schoolleiders beter af te bakenen, meer ondersteuning te organiseren voor het regelwerk en het salaris mee te laten stijgen met het lerarensalaris en de lonen in het voortgezet onderwijs.

Opvallend is dat het onderzoeksrapport, dat in maart 2020 verscheen, de destijds net afgesloten cao noemt als een van de oplossingen. Begin november bleek echter dat schoolleiders er door de nieuwe functieomschrijvingen en salarisschalen juist op achteruit kunnen gaan (zie kader).

Ten slotte beveelt Ecorys maatwerk aan om het beroep aantrekkelijker te maken voor verschillende typen leidinggevenden. De ‘carrièremaker’ zou gebaat zijn bij meer ontwikkelingsmogelijkheden, de ‘afwachter’ bloeit juist op van een actievere rol bij het maken van beleid. Wat zij precies nodig hebben, hangt ten slotte ook af van het soort bestuur en school waar zij voor werken. Een groot bestuur kan het lerarentekort en de administratie al beter opvangen dan een klein bestuur.

Click here to revoke the Cookie consent