Recensies

Giftig jubileumcadeau voor OCW

Tekst Monique Marreveld
Gepubliceerd op 06-11-2018 Gewijzigd op 05-04-2023
Ministerie en raden krijgen er flink van langs in het nieuwste boek van René Kneyber.

De sluipende crisis. Waarom het onderwijs niet beter wordt is goed getimed. In september vierde het onderwijsministerie zijn honderdste verjaardag. René Kneyber en Dorien Zevenbergen komen met een giftig cadeautje: in krap honderd pagina’s ontleden zij wat er schort aan wat ze noemen ‘een disfunctioneel beleidsapparaat’. Een overheid zonder kennis van zaken, die voor de vorm met de praktijk praat, maar zich niet echt verdiept in de problemen van alledag en niet lijkt te willen leren. Ze verzamelt te weinig informatie om lessen te trekken (bijvoorbeeld over good practices in passend onderwijs) en de kennis die wel voorhanden is, manipuleert ze bij tijd en wijle (bijvoorbeeld als het gaat om de prestaties van Nederlandse leerlingen in burgerschapsonderwijs, die zo goed zouden zijn dat deelname aan het internationaal burgerschapsonderzoek ICCS wel gestaakt zou kunnen worden).
Het beeld dat Kneyber en Zevenbergen schetsen van de ‘zachte’ governance door OCW – sturing op beleidsdoelen door middel van afspraken, convenanten en akkoorden – is ontluisterend. Scholen schermen zich af en proberen nieuw beleid zo oppervlakkig mogelijk uit te voeren, zodat het voor hen behapbaar blijft. Vakbonden en raden laten het gebeuren. Het zijn ‘nepvertegenwoordigers’, schrijven Kneyber en Zevenbergen, die ‘nepakkoorden’ sluiten waarvan iedereen wel weet dat het niks wordt. Maar zij staan dichter bij politiek en overheid dan bij de praktijk (en gaan dus akkoord) en ze krijgen geld om het beleid uit te voeren (zij het altijd te weinig, dus aan hen heeft het niet gelegen als het mislukt).
Drama in dit verhaal is dat het ministerie deels geen keuze heeft. Sinds de Pacificatie (1917) zijn diens handen gebonden: het mag slechts basiskwaliteit van scholen eisen, maar wil ook aan de wensen van de moderne samenleving tegemoetkomen: leerlingen voorbereiden op de arbeidsmarkt en onze democratie bijvoorbeeld, maar ook aandacht voor beter rekenen en passend onderwijs voor iedereen. Wat OCW stelselmatig vergeet, is dat vernieuwing tijd en geld kost. Den Haag heeft ‘een grote blinde vlek’ op dat gebied, of het nu gaat om leraren (opleiden), leermiddelen of huisvesting.
Gelukkig weten de auteurs ook hoe het wel moet. Ze besluiten met negen aanbevelingen, zoals: omarm de traagheid van duurzame verandering, koppel bekostiging aan kwaliteitsambities, versterk het bestuurlijk vermogen, zorg voor regionale voorzieningen voor verbetering en innovatie, en neem in de Grondwet het recht op van ieder kind op kwalitatief goed onderwijs. Een verjaardagscadeau dus om goed over na te denken in Den Haag.

René Kneyber en Dorien Zevenbergen, De sluipende crisis. Waarom het onderwijs niet beter wordt. Phronese, 2018, € 14,99.

Deze recensie verscheen in Didactief, november 2018. 

Lees ook het interview met Pieter Slaman over 100 jaar OCW.

Verder lezen

1 Digitale examens, aflevering 1: n-term
2 N-term (deel 2): Compensatie via de N-term
3 Vol tegen elkaar in

Click here to revoke the Cookie consent