Onderzoek

Examens onder de loep

Tekst Monique Marreveld
Gepubliceerd op 07-12-2023 Gewijzigd op 07-12-2023
Beeld Human Touch Photography
Slecht nieuws in examenland: een derde van de schoolexamens is van onvoldoende kwaliteit volgens de inspectie. Er is ook goed nieuws: het eindexamen Nederlands vwo wordt eerder afgenomen in 2024. Fijn voor de corrector.

Het CAOP en Oberon brachten voor verschillende examenvakken per onderwijstype de correctietijd in kaart. Aanleiding: toenemende ontevredenheid onder leraren over de plek in het examenrooster van ‘correctie-intensieve’ vakken. Duizenden leraren hielden afgelopen examenperiode bij hoeveel tijd ze in het eerste tijdvak als eerste corrector kwijt waren met het nakijken van examens (inclusief overleg met de tweede corrector). In totaal zijn 46.123 leraren benaderd, 6.301 vulden een vragenlijst in.
 

Correctietijd


Veel leraren worden niet door school gefaciliteerd voor correctiewerk. Wel vallen de lessen aan examenklassen weg, ongeveer een derde van de leraren vervult in vrijgekomen uren geen andere taken. Heel weinig leraren worden vrijgesteld van lessen aan niet-examenklassen of van niet-lesgebonden taken.

 

Correctielast

Voor elk examen vmbo-gl/tl, havo en vwo is de gemiddelde totale nakijktijd berekend, dus van alle kandidaten per leraar. De examens zijn vervolgens in vier clusters gegroepeerd op basis van de nakijktijd, variërend van weinig (lage correctielast) tot veel tijd (zeer correctie-intensief).

Over filosofie vwo
werd gemiddeld
bijna 4 uur gepraat

De nakijkduur verschilt per type onderwijs. Zo valt het geschiedenisexamen vmbo-gl/tl met een correctielast van 12 uur in de categorie ‘minder correctie-intensief’, terwijl het geschiedenisexamen juist erg tijdrovend is voor havo- en vwo-leraren (31 en 25 uur). Sommige examens zijn bij elk onderwijstype ongeveer even correctie-intensief, zoals Nederlands. De examens Frans, Duits en Engels vragen relatief weinig nakijkwerk, ongeacht het soort onderwijs.

Natuurlijk maakt het voor een leraar ook nogal uit hoeveel leerlingen examen doen. De verschillen zijn groot: het gemiddelde aantal kandidaten per examen muziek vwo bedroeg bijvoorbeeld 8, tegen 4 voor wiskunde c vwo, 37 voor Engels vmbo en 43 voor Nederlands havo. Ook de verschillen in overleg met de tweede corrector waren aanzienlijk: over filosofie vwo werd gemiddeld bijna 4 uur gepraat, bij wiskunde c vwo kostte het overleg gemiddeld maar een halfuur.

Leraren bereiden het nakijken van examens niet allemaal hetzelfde voor. 53% van de geschiedenisleraren maakte vooraf zelf het vwo-examen, tegenover 90% van de collega’s bedrijfseconomie vwo. Examenbesprekingen bijwonen deed slechts 2,4% van de leraren Engels voor vmbo, tegen maar liefst 26% van de collega’s bij economie. Leraren Frans besteedden gemiddeld ruim 2,5 uur aan de voorbereiding van het vwo-examen, waar leraren geschiedenis ruim 10 uur in de voorbereiding van het havo-examen staken. De resultaten van het onderzoek leidden tot een wijziging in het examenrooster voor volgend jaar: het vwo-examen Nederlands wordt eerder afgenomen. Voor geschiedenis verandert er niets.
 

Kwaliteit

De onderwijsinspectie onderzocht voorjaar 2023 de schoolexamens op 127 vo-afdelingen (vmbo-basis, vmbo-kader, vmbo-gt, havo en vwo). Aanleiding is het examendrama bij onder andere Stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs (LVO) in 2018 waar honderden leerlingen de dupe van werden. De wet werd hierna aangescherpt. Is de situatie verbeterd? Ja, maar niet voldoende. Bij een derde van de onderzochte afdelingen (32%) is de uitvoering en kwaliteitsborging van de schoolexamens nog onvoldoende. Meer dan een derde (37%) van de programma’s van toetsing en afsluiting (PTA’s) bevatte niet alle verplichte schoolexamendomeinen (meestal werd de verplichte stof getoetst, maar onvoldoende verantwoord). 16 scholen (13%) toetsten niet alle verplichte examenstof omdat die niet in beeld was, of omdat niet alle schoolexamens waren afgenomen (soms vanwege een lerarentekort). Relatief vaak ging het om het vak lichamelijke opvoeding. Alle scholen moesten actie ondernemen om te voldoen aan de wettelijke eisen, zodat leerlingen toelaatbaar werden tot het centraal examen.
 

Veel kleine toetsen


De inspectie ontdekte ook dat scholen frequente, kleine toetsen met een herhaling van examenstof zien als een middel om leerlingen ‘aan het werk te houden’, de hoeveelheid leerstof beperkt te houden en de leerlingen goed voor te bereiden op het centraal examen. Maar, constateert de toezichthouder, dat staat ‘op gespannen voet met de bedoeling van het examen: het examen is bedoeld om de vo-opleiding af te sluiten door op het vereiste eindniveau de beheersing van de kennis en vaardigheden van de leerling te toetsen. Het is de vraag of met het toetsen in kleinere eenheden, het eindniveau – dat dikwijls vraagt om integratie van kennis en vaardigheden – voldoende geborgd is. Bovendien heeft het schoolexamen niet als doel een oefening te zijn voor het centraal examen.’

 

Wettelijk geregeld

Na het LVO-drama is de positie van de examencommissie wettelijk geregeld, maar in de praktijk blijkt dat nog beter te kunnen. De inspectie adviseert óók in de wet vast te leggen dat de examensecretaris geen onderdeel mag zijn van de commissie (scheid uitvoering en bewaking van het examenproces). Ook kan de regelgeving rond herkansen en inhalen van schoolexamens helderder. ‘Er bestaat vaak onduidelijkheid bij scholen en besturen, waardoor zij soms onbewust de wet overtreden,’ schrijft de inspectie. 43% van de scholen neemt bijvoorbeeld maatregelen bij onregelmatigheden die afwijken van wat de wet voorschrijft (zie kader 'Onregelmatigheden? Dit zijn de regels'). Bij 30% worden andere maatregelen in het examenreglement beschreven dan wettelijk toegestaan. Het gaat om puntenaftrek bij het te laat inleveren van een praktijkopdracht of het inhalen van een herkansbare toets na geoorloofde afwezigheid, ten koste van de mogelijkheid deze te herkansen. En is alles nodig wat de wet eist? Er staat bijvoorbeeld dat alle examendomeinen moeten worden getoetst, en bij elk vak. Maar moet ‘oriëntatie op studie en beroep’ op havo en vwo bij elk vak opnieuw expliciet worden getoetst?

Wie ziet volgens de examencommissies toe op de kwaliteit van de schoolexamens?

Scholen zijn vaak relatief platte organisaties. Dat blijkt ook hier. Examencommissies adviseren de schoolleiding over de afhandeling van onregelmatigheden (niet wettelijk verplicht), maar vinden het moeilijk om zich naar vaksecties expliciet uit te spreken over de kwaliteit van schoolexamens (wel verplicht). Ze willen niet bemoeizuchtig lijken. Hoe cruciaal de examencommissie is, blijkt uit het feit dat bij 71% van de scholen met het oordeel ‘onvoldoende’ de commissie te weinig zicht op de kwaliteit van de uitvoering van de schoolexaminering had. Op de helft van deze scholen is de commissie te weinig deskundig.

Scheid uitvoering
en bewaking van
examenproces

Besturen en scholen zouden de commissies beter moeten faciliteren en ondersteunen, lees: geef ze tijd en bevoegdheid om collega’s aan te spreken. Vooralsnog hebben besturen echter nog te weinig visie volgens de inspectie. Zo er al een visie is geformuleerd, draait die meestal niet om inhoud of toetsvorm, maar om de hoeveelheid toetsen. Bovendien – net als bij LVO destijds – waren besturen slecht op de hoogte. Vaak waren ze verrast over de tekortkomingen die de inspectie vond bij hun scholen. Dat zou toch echt moeten veranderen, in een tijd van bestuursgericht toezicht. Een enkel bestuur faciliteert het overleg tussen examensecretarissen en informatie-uitwisseling tussen scholen. Soms kiest het voor een gezamenlijk examenreglement, of heeft het stafmedewerkers als vraagbaak voor de organisatie inzake de schoolexaminering. Enkele besturen hebben een stafmedewerker die het PTA controleert.
De inspectie heeft de kwaliteit van de schoolexamens zelf niet beoordeeld, of de aansluiting op het voorafgaande onderwijs.
 

Onregelmatigheden? Dit zijn de regels


Wanneer een examenkandidaat zich niet aan de regels houdt bij het schoolexamen, kan de directeur maatregelen nemen, die staan beschreven in het examenreglement. Voordat hij/zij een beslissing neemt, moet de kandidaat gehoord worden. Een viertal maatregelen is mogelijk:

  • het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen of het centraal examen;

  • de leerling de deelname of de verdere deelname aan een of meer toetsen van het schoolexamen of het centraal examen ontzeggen;

  • het ongeldig verklaren van een of meer toetsen van het al afgelegde deel van het schoolexamen of het centraal examen;

  • bepalen dat het diploma en de cijferlijst alleen kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de rector of directeur aan te wijzen onderdelen.

De directeur hóeft geen maatregel te treffen: hij/zij is hier vrij in. Maar andere maatregelen dan de bovenstaande zijn niet toegestaan. En wie een maatregel oplegt aan een leerling, moet de inspectie hierover informeren.

 

Bronnen:

Inspectie van het onderwijs. Kwaliteit van de schoolexaminering, september 2023.

CAOP, Oberon. Correctielast centrale examens vo. 19 september 2023.

 

Dit artikel verscheen in Didactief, december 2023.

Verder lezen

1 Makkelijkere examens, betere cijfers?

Click here to revoke the Cookie consent