Alle basisscholen hebben ter voorbereiding op passend onderwijs nagedacht over de ondersteuning aan leerlingen die iets extra’s nodig hebben. Dit is vastgelegd in het ‘schoolondersteuningsprofiel’. Om die ondersteuning te kunnen geven, moeten leerkrachten echter over specifieke competenties beschikken, zoals vaardigheden om maatwerk te leveren aan leerlingen. Deze competenties kunnen worden onderverdeeld in interpersoonlijke, pedagogische, organisatorische, vakinhoudelijke en didactische competenties, competenties in samenwerken en competenties in reflectie en ontwikkeling. Maar beheersen leerkrachten deze vaardigheden ook voldoende? En zo niet, hoe kunnen ze die dan verder ontwikkelen?
Volgens intern begeleiders zijn de interpersoonlijke, pedagogische en organisatorische competenties en de competenties in samenwerken binnen de schoolteams meestal in orde. Dat blijkt uit de enquête die we bij 126 ib’ers hebben afgenomen.
Bij de vakinhoudelijke en didactische competenties en bij de competenties in reflectie en ontwikkeling is het beeld wisselend. Volgens de helft van de ib’ers is nascholing nodig op het gebied van leerlijnen, differentiëren en omgaan met gedragsproblemen.
In de gesprekken wijzen zij op het belang van observeren, signaleren en analyseren. Observeren en signaleren gaat de meeste leerkrachten goed af, zo blijkt uit de ib-enquête. De vaardigheid om een gesignaleerd probleem vervolgens te diagnosticeren, is minder goed ontwikkeld. Volgens een kwart van de ib’ers kan slechts een minderheid van het team dit voldoende.
Van de 280 leerkrachten zegt maar liefst twee derde dat ze graag bepaalde competenties verder willen ontwikkelen met het oog op passend onderwijs. Deze hebben vaak te maken met vakinhoud, didactiek of het omgaan met gedragsproblemen.
Eén op de vier leerkrachten heeft het gevoel leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften niet te kunnen bieden wat zij nodig hebben. Eén op de drie voelt zich zelfs overbelast door het onderwijs aan deze leerlingen. Dit laatste lijkt overigens eerder te maken te hebben met werkdruk dan met onvoldoende competenties.
Werk aan de winkel
In slechts zes op de tien scholen staat het schoolteam volgens intern begeleiders positief tegenover het opnemen van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. De rest toont zich aarzelend of ‘enigszins positief’.
Volgens leerkrachten is een op de tien basisscholen qua competenties van het team niet of nauwelijks voorbereid op passend onderwijs; een derde is dat enigszins. Redelijk goed voorbereid is men in ongeveer vier op de tien scholen en goed voorbereid in een op de zeven scholen. Over de ondersteuning van de ib’er is de meerderheid van de leerkrachten tevreden of zeer tevreden.
Bijna alle leerkrachten hebben de afgelopen anderhalf jaar minstens één keer een lesbezoek gehad van de directeur, de ib’er, een ander lid van het team of iemand van buiten het team. Directeuren brengen de meeste lesbezoeken. De helft van de leerkrachten heeft zelf in de voorgaande anderhalf jaar één of meer lessen van collega’s bezocht.
In het kader van het onderzoek zijn ook lesobservaties uitgevoerd. Ook daaruit blijkt dat er verschillen zijn in de beheersing van competenties. De geobserveerde leerkrachten scoren doorgaans goed op het gebied van klassenorganisatie en tamelijk goed bij emotionele ondersteuning. Positieve scores zijn er vooral voor sfeer, gedragsregulering en productiviteit (goed benutten van de leertijd).
De educatieve ondersteuning, of kwaliteit van instructie, wordt echter duidelijk lager gewaardeerd door de observatoren. De laagste gemiddelde scores betreffen de instructieve dialoog, probleemanalyse en reflectie.
Bij de emotionele ondersteuning zijn de onderlinge verschillen tussen leerkrachten het grootst.
Na de lesobservaties vulden leerlingen een vragenlijst in. Zij zijn over het algemeen positief over hun leerkrachten. De klassenorganisatie beoordelen zij wat positiever dan de educatieve en de emotionele ondersteuning.
Uit de literatuurstudie blijkt dat de kans op succesvolle professionalisering groter is als aan een aantal voorwaarden is voldaan. Zo helpt het als er een samenhangend plan voor de lange termijn is, de deelnemers zijn betrokken bij de planning van de scholing, de scholing is verankerd in de schoolpraktijk en ook is gericht op verbetering van de organisatie. Als actief leren wordt gestimuleerd, er samenhang is tussen de scholing en andere vormen van professionalisering en teams collectief deelnemen, zijn de resultaten ook beter.
In de gesprekken in scholen wordt professionalisering vooral effectief genoemd als deze voortkomt uit een behoefte van het team, als er interactie is en als de scholing aansluit bij de praktijk. Leerkrachten vinden dat hun kennis en vaardigheden op het gebied van onderwijs aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften vooral zijn vergroot door studiedagen, zelfstudie, een cursus op school of individuele deelname aan een externe cursus.
Nascholingsaanbod is groter dan veel leraren denken
Het aanbod aan nascholing rond passend onderwijs is volgens de meeste ib’ers voldoende en er is voor leerkrachten voldoende ruimte om scholing te volgen. Dat laatste vinden de meeste leerkrachten ook, maar acht op de tien leerkrachten weten niet of nauwelijks van het professionaliseringsaanbod waarvan zij gebruik zouden kunnen maken. In ruim de helft van de scholen wordt het team niet of slechts beperkt betrokken bij de keuze van professionaliseringsactiviteiten. Zorg dus dat alle teamleden goed op de hoogte zijn van het scholingsaanbod en probeer iedereen te betrekken bij de selectie van activiteiten.
Ed Smeets, Guuske Ledoux, Anne Regtvoort, Charles Felix en Annemieke Mol Lous. Passende competenties voor passend onderwijs. Onderzoek naar competenties in het basisonderwijs. ITS/Kohnstamm Instituut/Hogeschool Leiden, 2015.
Lees meer in het dossier Passend onderwijs.
Dit artikel verscheen in didactief, juni 2015.
En blijf op de hoogte van onderwijsnieuws en de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen!
Inschrijven