Nieuws

De prijs van passend onderwijs

Tekst Redactie Didactief
Gepubliceerd op 06-12-2013 Gewijzigd op 24-10-2016
Beeld Human Touch Photography
'Passend Onderwijs: Code Oranje' luidde het persbericht van de evaluatie- en adviescommissie passend onderwijs (ECPO) afgelopen 25 november. Niet zo handig, achteraf. 'Invoering passend onderwijs in gevaar: Dekker moet ingrijpen' kopte NRC Handelsblad vervolgens. Waarna ECPO zich genoodzaakt voelde een nieuw bericht de wereld in te sturen: 'NRC te kort door de bocht'.

De boodschap van het ECPO - zes jaar geleden ingesteld om de invoering van Passend Onderwijs te begeleiden - is positiever, aldus voorzitter Jan Gispen. 'Het verkeerslicht staat op oranje, tijd om te remmen of om gas te geven. Dat laatste is nodig.' Tot nu toe is de meeste aandacht besteed aan de bestuurlijke kanten van de hele operatie. Veel scholen en schoolbesturen zijn druk bezig geweest met de vormen en regels van de nieuwe samenwerkingsverbanden passend onderwijs. Nu is het tijd voor de inhoud: hoe gaan scholen en leraren dit uiteindelijk uitvoeren?

Zorgplicht
De wet passend onderwijs, die ervoor moet zorgen dat de instroom in speciaal onderwijs vermindert, gaat in augustus 2014 in. Kinderen die zorg nodig hebben moeten in de toekomst zo veel mogelijk naar het regulier onderwijs gaan. Om reguliere scholen beter toe te rusten voor opvang van speciale leerlingen zijn er samenwerkingsverbanden tussen schoolbesturen opgericht, die er samen voor moeten zorgen dat elke leerling een passende onderwijsplek aangewezen krijgt. Samenwerkingsverbanden kunnen dan onderling bepalen wie zich waarop profileert en hoe de zorg onderling verdeeld wordt. Inmiddels bestaan er al 77 samenwerkingsverbanden voor het PO, en 75 voor het VO, die samen voor een landelijke dekking zorgen.

In de wet krijgt een schoolbestuur een zogeheten 'zorgplicht'. Wanneer het bestuur voor een leerling op de eigen school geen passende plaats heeft, is het verplicht met andere besturen binnen het verband samen te werken om alsnog een onderwijsplek voor de leerling te vinden.

Reden voor de invoering van het passend onderwijs is de scheefgroei van het aantal zorgleerlingen dat is ontstaan (volgens het CBS is het aantal gestegen van zo'n 54.000 naar 70.000 tussen 2003 en 2010) en de daardoor opgelopen kosten. In plaats van het dure speciale onderwijs krijgen nu alle samenwerkingsverbanden een vast bedrag gebaseerd op het aantal leerlingen in het samenwerkingsverband. Dit moeten zij onderling goed verdelen.

Tijd voor de leraar
ECPO spreekt in het adviesrapport Routeplanner Passend onderwijs, dat op 25 november gepresenteerd werd, over 'code oranje' omdat de belangrijkste spelers in het proces – de leraren die het moeten uitvoeren - niet weten waar ze aan toe zijn. Daardoor kunnen scholen ouders van 'zorgleerlingen' niet vertellen welke hulp hun kind volgend schooljaar zal krijgen. En in januari staan de open dagen al voor de deur. Dat is niet handig, aldus de ECPO.

Dekker heeft instemmend gereageerd op het advies van de ECPO. 'Bestuurders in de opgerichte samenwerkingsverbanden moeten nu als de wiedeweerga de vergadertafels verlaten en het gesprek aangaan met leraren, ouders en schooldirecteuren. Uiteindelijk moeten zij weten waar ze aan toe zijn en moeten ze er klaar voor zijn. Want passend onderwijs wordt gemaakt in de klas en niet aan de bestuurlijke vergadertafels.'

Docenten die dat passende onderwijs in de klas moeten gaan uitvoeren zijn ongerust, meldde Nieuwsuur op 25 november aan de hand van een enquête van de Algemene Onderwijsbond (AOb). Of eigenlijk zijn ze nog steeds ongerust, in een enquête van Didactief in juni 2011 kwam hetzelfde resultaat al naar voren. Leraren hebben met deze nieuwe wetgeving het gevoel dat de werkdruk zal toenemen: ze verwachten grotere klassen en verschillende leerniveaus in één klas. Ze maken zich zorgen of ze het overzicht wel kunnen houden nu ze de zorgbehoeften van meer leerlingen in de gaten moeten houden. Daarom willen leraren ondersteuning en bijscholing, stelt Nieuwsuur, maar daar is nu juist geen geld meer voor.

Zeggenschap
Jan Gispen stelt in de NRC ('waarvan de citaten kloppen, maar de teneur niet overeenkomt met het advies', aldus het persbericht van ECPO) dat ouders een hoge prijs betalen voor het passend onderwijs. Ouders hoeven dankzij de zorgplicht niet langer te 'leuren' met hun kind langs talloze scholen, maar daar leveren ze de vrijheid om zelf een school uit te kiezen voor in. De macht van schoolbesturen groeit. Gispen: 'Zo'n samenwerkingsverband kan straks tegen ouders zeggen: er is maar één school geschikt voor uw kind, en die staat dertig kilometer verderop.'

Scholen mogen kinderen straks weigeren omdat het zorgprofiel van de school niet bij het kind past. De school moet wel een alternatief zoeken. In de NRC vraagt Domenica Ghidei, lid van het College over de Rechten van de Mens, zich af of dit wel mag. Volgens haar is het weigeren van kinderen omdat hun aandoening niet bij de school past, in strijd met de Wet gelijke behandeling gehandicapten en chronisch zieken. Zij stelt dat de school nog steeds verplicht is te onderzoeken welke aanpassingen het kan doen.

Rugzakje
In de nieuwe wet wordt het zogenoemde rugzakje van de leerlinggebonden financiering - waarmee kinderen met extra geld naar een reguliere school konden - afgeschaft. Het is vervangen door het nieuwe individuele 'ontwikkelingsperspectief' (OPP). Hierin wordt de hulp beschreven die een reguliere school biedt aan een leerling met bijvoorbeeld ADHD of autisme. Maar leraren die het OPP moeten schrijven, weten vaak niet wat ze er mee moeten, blijkt uit recent onderzoek van ECPO. Onderdeel van OPP is namelijk dat scholen per leerling een uitstroomprofiel moeten bepalen. Gispen in NRC: 'Dat kan dus al op 4-jarige leeftijd zijn. En dan valt er nog weinig te voorspellen'.

Gevaar
De uiteindelijke schoolkeuze van zorgleerlingen ligt bij een schoolbestuur en niet meer bij een onafhankelijke commissie. Tot noch toe besliste de Commissie voor Indicatiestelling, op basis van landelijke objectieve criteria. Nu zullen de samenwerkingsverbanden besluiten op basis van eigen regionale criteria. Daarmee wordt recht op passend onderwijs afhankelijk van de plaats waar je woont. Typisch is daarom het citaat op de voorpagina van de Routeplanner Passend onderwijs: 'Vele wegen leiden naar het educatieve Rome. Maar niet ieders Rome ligt op dezelfde plaats.'

Click here to revoke the Cookie consent