Onderzoek

Rijk voorleesmoment voor meertalige kleuter

Tekst Masja Lebouille
Gepubliceerd op 11-06-2020 Gewijzigd op 11-06-2020
Meertalige kleuters verwerven een nieuwe taal sneller wanneer de leerkracht de ouders betrekt bij het voorlezen. Het werkt vooral goed om thuis en op school dezelfde boeken te gebruiken.

Tijdens het tien-uurtje, even tussendoor of aan het einde van de dag: voorlezen is voor kleuterleerkrachten een belangrijk deel van het onderwijs. Hoe zorg je voor betekenisvolle voorleesmomenten, waar ook meertalige leerlingen baat bij hebben? Om dat te onderzoeken ontwikkelden Noorse onderzoekers voorleesprojecten met voorleesmomenten op school en thuis. Zij verdeelden 464 meertalige kleuters over twee groepen: de eerste groep nam verspreid over een schooljaar deel aan vier thematische voorleesprojecten van vier weken, de tweede groep niet.

Na afloop van het project bleken de kinderen uit de eerste groep vaardiger in de schooltaal én de thuistaal. Hun grammatica verbeterde en zij beheersten de doelwoorden uit de boeken beter. Ook konden zij zich gemakkelijker verplaatsen in het standpunt van een ander. Deze uitkomsten sluiten aan bij eerdere onderzoeken naar voorlezen.

Wat maakte het project zo succesvol? De onderzoekers ontdekten verschillende bouwstenen van een rijk voorleesmoment. Kies als leraar voor boeken die de nieuwsgierigheid prikkelen en uitnodigen tot een gesprek. Zelf selecteerden ze ook woordenloze prentenboeken, omdat deze het kind uitdagen om zelf het verhaal te vertellen. Streef tijdens het gesprek niet alleen taaldoelen na, maar besteed ook aandacht aan de sociaal-emotionele ontwikkeling. Stel bijvoorbeeld vragen over de verschillende standpunten in een verhaal: Wat zou Lotjes moeder hiervan vinden? Het werkt het beste als je deze vragen van tevoren voorbereidt en bedenkt aan welke woorden je aandacht wilt schenken. Na het voorlezen kunnen de kleuters het verhaal in een themahoek naspelen, zoals ook in het onderzoek gebeurde.

De onderzoekers raden aan om ouders zoveel mogelijk te betrekken bij het voorlezen. Tijdens het project informeerde de leraar de ouders over de ideeën en opmerkingen van hun kind over de boeken. Ook kregen ouders vier boeken mee naar huis (waarvan drie woordenloze en een meertalige) die zij aan hun kind mochten voorlezen in hun voorkeurstaal. Zo probeerden de onderzoekers het voorlezen zo laagdrempelig mogelijk te maken, juist voor ouders die hier weinig ervaring mee hadden. De meesten wilden thuis graag aan de slag, merkten de onderzoekers. Ouders hoefden niet de doelwoorden te bespreken, maar konden het boek voorlezen zoals zij dat prettig vonden. Wel werden ze gevraagd de sessies op te nemen. Dat laatste lukte niet altijd: slechts de helft van de ouders leverde drie of meer tapes in. In de klas bespraken de kleuters hoe zij de voorleesmomenten thuis beleefd hadden.

 

Vibeke Gröver, Veslemøy Rydland, Jan‐Eric Gustafsson & Catherine E. Snow. Shared Book Reading in Preschool Supports Bilingual Children’s Second‐Language Learning: A Cluster‐Randomized Trial. Society for Research in Child Development, 2020.

Click here to revoke the Cookie consent