Onderzoek

Ook Brits kind leest minder

Sinds 2005 doet de National Literacy Trust in Groot-Brittannië onderzoek naar leesgedrag van kinderen en jongeren (9 tot 18 jaar), sinds 2010 met een jaarlijkse, grootschalige enquête. Uit de meting van 2019 blijkt dat slechts een kwart van de Britse kinderen en jongeren (26%) dagelijks leest. Dit is het laagst gemeten percentage sinds 2005; toen was het nog 38%. Ook het leesplezier, dat juist sinds enkele jaren in de lift leek, slinkt weer: 53% zegt lezen leuk te vinden; dat was in 2018 nog 57%.

Het plezier blijkt mede afhankelijk van leeftijd: hoe ouder, hoe minder lol kinderen aan lezen beleven. Verder vinden meisjes lezen doorgaans leuker dan jongens (60 versus 47%).
De uitkomsten zijn zorgelijk, omdat veel lezen en leesplezier samenhangen met leesvaardigheid: leerlingen met leesplezier lezen vaker bovengemiddeld goed dan leerlingen die dat niet van harte doen (30 versus 8%, bij dagelijks lezen is dit 38% versus 14%).
De Britse cijfers staan niet op zich. Uit een trendrapport van data uit het vierjaarlijkse internationale leespeilingsonderzoek PIRLS blijkt dat tussen 2001 en 2016 in de meeste deelnemende landen de houding jegens lezen steeds negatiever wordt. Niet alleen vinden leerlingen uit groep 6 (de PIRLS-doelgroep) lezen steeds minder leuk, ook hun ouders hechten er minder aan. Dat blijkt uit de antwoorden op stellingen uit de ouderenquête, zoals ‘Lezen is bij ons thuis een belangrijke activiteit’ of ‘Ik lees alleen als het moet’. Ook dat is zorgelijk, want het leesmilieu thuis is een belangrijke voorspeller voor het leesgedrag en daarmee dus de leesvaardigheid van leerlingen.


Christina Clark en Anne Teravainen-Goff, Children and Young People’s Reading in 2019: Findings From Our Annual Literacy Survey. National Literacy Trust, 2020.

Troubling Trends: An International Decline in Attitudes Toward Reading. IEA Compass, 2020.

Nederlandse cijfers: zie leesmonitor.nu.

Dit artikel verscheen in Didactief, juni 2020.​