Onderzoek

Amstel Instituut mogelijk bedreigd

Tekst Monique Marreveld
Gepubliceerd op 22-01-2010 Gewijzigd op 24-10-2016
Beeld EVELYNE JACQ
In ‘Woudschoten’, inmiddels pars pro toto voor de jaarlijkse conferentie van de Werkgroep Natuurkunde Didactiek, ging het half december als een lopend vuurtje: het Amstel Instituut gaat dicht. Zover is het nog niet, maar de NVON maakt zich wel zorgen.

De Universiteit van Amsterdam moet bezuinigen, de bètafaculteit is aangeslagen voor zeven ton. Circa 20 à 25 procent van dat bedrag moet komen van het Amstel Instituut (AI), aldus Paul Helbing, woordvoerder van de faculteit. Opheffing van het AI is nog niet zeker, in april 2010 wordt definitief besloten. ´Wij kijken vooral naar de primaire taak van de universiteit: onderwijs en onderzoek op wetenschappelijk niveau en de in-, door- en uitstroom van studenten. Mogelijk worden taken van het AI opgenomen in de reguliere taken van de faculteit.´ De Nederlandse Vereniging van Onderwijsgevenden in de Natuurwetenschappen (NVON, 3500 leden) heeft na een brandbrief begin januari een gesprek gehad met de faculteit. Henry van Bergen, hoofd van het NVON-bureau en docent natuurkunde aan Koning Willem II College Tilburg en TU Eindhoven, was erbij. ´We zouden graag zien dat het Amstel Instituut overeind wordt gehouden. Het AI is een bron waar allerlei goede dingen ontstaan. Door de bundeling van activiteiten is één plus één er vaak drie. Als je dat uit elkaar gaat halen, moet je maar afwachten wat er gebeurt. Maar als vereniging vinden wij het vooral belangrijk dat de activiteiten van het AI voortgezet worden, onder wiens paraplu maakt uiteindelijk niet zoveel uit.´ Een aantal activiteiten van het AI acht de NVON essentieel. Van Bergen: ´Er zijn lesmethodes geschreven op het zogenoemde systeembord dat is ontwikkeld door het AI. Dat is ook een populair onderdeel bij leerlingen. Ook het Coach-programma is in gebruik voor alle bètavakken in Nederland. Maar deze twee onderdelen zijn volgens de faculteit al ondergebracht bij een onafhankelijke instelling, het CMA, en staan helemaal los van het AI; zij zouden dus geen gevaar lopen bij een bezuiniging. Anders ligt dat mogelijk voor de na- en bijscholing van docenten en toa´s die het AI nu met succes verzorgt. Ook het regionaal steunpunt functioneert prima en is voor docenten belangrijk. Het wordt nu betaald uit Sprint-gelden van het Platform Bèta Techniek, straks zou de faculteit de rekening moeten betalen. Natuurlijk zijn er alternatieven in den lande, zoals Utrecht, Eindhoven en Wageningen, maar we zijn als NVON trots op wat Amsterdam heeft bereikt. De faculteit heeft jarenlang gestreefd naar een goede relatie met het middelbaar onderwijs: dat mag niet verdwijnen 

Click here to revoke the Cookie consent